Een heerlijk tropisch eiland.
Met een sinaasappelboom. En een groenblauwe zee.
Dat is precies wat Giraf, Krook, Zebra en Olifant nodig hebben (en waar we zelf ook wel af en toe van dromen).
Een eiland lijkt ook op de leefwereld van een opgroeiend kind. Begrensd en veilig. Eén groot avontuur. En een plek waar heel, heel veel te ontdekken valt. Maar veilig afgebakend door ouders, familie en school.
Een tropisch eiland appelleert ook aan de fantasie: het is een plek waar alles kan. En dat is ook heel fijn voor ons, Giraf kan hier van alles meemaken.
Om al die redenen hebben we, voor de vier vrienden, het meest geweldige tropische eiland verzonnen. Waar het vaak mooi weer is, maar waar ook hoge bergen zijn en het soms sneeuwt (nog niet in deze boeken, maar we hebben wel ideeën).
Een tropisch eiland met bomen en planten, in alle kleuren van de regenboog. Met een veld vol zonnebloemen en bergpaden waar je af kan scheuren met je fiets.
En waar iedereen een huis heeft dat goed bij zijn karakter past.
Zo woont Giraf, met zijn lange nek, in een hoge vuurtoren, centraal op het eiland. Want het gaat tenslotte om Giraf.
En Zebra, de springlustige, dappere meid, woont in een boomhut. Met schommel. Een plek waar ze lekker wild kan zijn en ondersteboven aan de takken kan hangen.
Krook, die dol op hapjes is, maar ook heel erg van strand en zee houdt, woont natuurlijk in de strandhut op het zand. Met eigen aanlegsteiger en bootje.
Olifant, de wijste van het hele stel, woont in het blauwe dakpannen huisje bij de bergen. Waar er ruimte genoeg is voor zijn stenenverzameling en zijn boeken.
In elk boek van Giraf zijn de schutbladen (de allereerste bladzijden van het boek, die dus vast zitten aan de harde kaft), gevuld met het eiland. Voorin het boek is het dag, aan het eind van het boek een plaat van de nacht.
Voor elk boek hebben we het eiland opnieuw getekend en gebeurt er op de schutbladen van alles dat past bij het boek (vinden we zelf namelijk heel erg leuk in boeken, waar van alles te zien is, als je maar goed genoeg kijkt).